Wat stoort mij het meeste hier in bangladesh: De vochtigheid voornamelijk, alles is klam, vettig en voelt onfris aan. Als je je gewassen hebt voel je je na 5 minuten al weer terug onfris.
Wat stoort de dames hier: alle bengalen die rond hen komen staan om te zien wat ze aan het doen zijn. Ge kunt er echter niets tegen beginnen want ze zijn gewoon met teveel.
Vandaag staat een zware dag op het programma zowel emotioneel als fysiek. We bezoeken eerst een jute fabriek en rijden dan door naar Sharshabari naar een ziekenhuis van de regering. Daarna rijden we verder naar Roxanne haar winkeltje (Roxanne is een resultaat van de care after cure campagne van Damiaan).
We rijden in ijltempo met 2 busjes richting Sharishabari. Een van de busjes staat al snel met stukken langs de weg. Den toeter doet het niet meer en dat is een onoverkomelijk probleem in Bangladesh. Zonder toeter kom je niet vooruit. We laten deze dan ook eerst maken. We rijden verder door een prachtig landschap van rijstvelden afgewisseld met dorpjes, huisjes, mensen, kindjes die zwemmen, eendjes enz.
We bezoeken eerst een jutefabriek waar de ruwe jute (bast van een plant geweekt in water) stap voor stap gekaard wordt zoals bij ons het vlas. In de fabriek werken 750 mensen waarvan er schijnbaar een 100-tal kinderen zijn tussen 12 en 18. Ze doen echter hun uiterste best om deze te verstoppen. We zien er maar enkelen. Het is een gegantische fabriek met geweldig veel machines die veel stof en veel lawaai maken. De omstandigheden om hier te werken zijn niet echt geweldig. De arbeiders mogen max. 2 schiften van 8 uur na elkaar werken. Volgens de baas verdienen de arbeiders tussen de 150 en 300 taka per dag ( tussen 1,5 en 3 euro). Men werkt er 6 dagen op 7 en een continue schema. De baas van deze fabriek bezit hiernaast nog een bank, doet in levens- en persoonlijke verzekeringen en heeft nog andere fabrieken, m.a.w. dit is een zeer rijk man. In de fabriek vervoegt ook nog ander gezelschap ons groepje waaronder de regeringsverantwoordelijke van het ziekenhuis waar we na de fabriek naar toe gaan. Die man begon echt ongegeneerd foto's te maken van ons allemaal. We hadden allemaal zin om hem op zijn plaats te zetten en te zeggen dat we dit allemaal niet apprecieerden, we hebben echter ons fatsoen gehouden
Van hieruit gaat het verder naar het regeringsziekenhuis. Buiten worden we meteen geconfronteerd met een nieuwe moeder die net 2 kindjes gebaard heeft. Ze zit al buiten met haar pasgeboren kindjes, die echt maar enkele uren oud zijn. We worden eerst ontvangen door de directeur van het ziekenhuis, maar als we in zijn kantoor aankomen is hij uitgebreid en behoorlijk heftig ruzie aan het maken met de regeringsverantwoordelijke die iets gedaan heeft dat hem helemaal niet zint. Volgens ons heeft hij niet genoeg geld geschoven naar de directeur. Klaas weet te vertellen van zijn vorige reis dat deze directeurs elke 2 jaar verplaatst omdat ze anders te corrupt worden. Klaas vertelt het verhaal van een directeur die zijn ziekenwagen verhuurt als taxi om op die manier geld te verdienen.
We horen hier ook een verhaal van een keizersnede die normaal gratis uitgevoerd wordt maar waar men tot 5000 takan (50€) voor vraagt die dan verdeeld wordt onder de dokter en de verpleging.
Het ziekenhuis hier heeft 50 bedden voor een bevolking van 350.000 mensen. Alle patiënten die hier vandaag de bedden bezet houden zijn dus erg grote gelukzakken. We mogen ook de emergency room waar trouwens zonet een patiënt is binnengekomen bekijken. Onze keuken is beter voorzien van apparaten en toestanden als deze kamer. Een bed met een versleten tafellaken, een bureau en kastje met onduidelijke inhoud. Stel dat je hier binnengebracht wordt met een inwendige bloeding dan ben je echt ten dode opgeschreven. Dit zijn dingen waar je eigenlijk niet teveel aan mag denken. Verder verteld de dokter nog dat de mensen gratis medicijnen krijgen maar dat er maar 50 % medicijnen beschikbaar zijn, de rest van de medicijnen moet de mensen elders op straat kopen. Naast het ziekenhuis is er ook nog een klein Damiaan lokaaltje waar mogelijke TBC-patiënten onderzocht en behandeld worden. Dagelijks worden hier nog nieuwe gevallen ondekt.
Eten doen we in een plaatselijk stalletje waar we lekker pikante dingen eten.
We racen verder naar de winkel van Roxanne voor de groepsinkopen. De nieuwe collectie valt echter niet echt in de smaak. Wat wel in de smaak valt van de Bengalen zijn weer onze meisjes. In no-time staat er een massa kijklustigen voor de winkel. Ik probeer nog met een megafoon om de meiden sneller uit de winkel te krijgen, maar het lukt niet!
We rijden van hieruit terug naar ons mooie Jalchatra waar we weer in alle rust kunnen genieten van de lekkere Bengaalse maaltijd en van de Belgische bierworstjes die ik als verrassing nog achter de hand had. Net zoals het pretpakket Belgische chocolade van eerder deze week valt dit ook erg in de smaak bij iedereen.
Deze dag blijft in ons geheugen als een dag van veel rijden, een vermoeiende weekenddag. Blij dat het morgen weer werkendag is?
Iedereen blijft wakker tot de reacties van de blog zijn voorgelezen en ik klaar ben met het verslag van de dag dat door Klaas voorgelezen wordt. Die blog: het blijft mannenwerk !!???
De reacties op de blog raken toch vlotl tot in Bangladesh ook als je op de blog een melding zou krijgen ivm publicatie.
Tot morgen als het internet ons goed gezind blijft!